Spuitvrije zone vastleggen in bestemmingsplan
In de praktijk bestaat er veel onzekerheid bij omwonenden van met name percelen met bollen- en fruitteelt over de risico’s van het gebruik van chemische gewasbeschermingsmiddelen op hun gezondheid.
Over de vraag of omwonenden van boomgaarden en bollenvelden meer kans op gezondheidsschade lopen heeft de Gezondheidsraad (GR) zich dit jaar gebogen. In het door de GR in januari 2014 uitgebrachte advies wordt aanbevolen om nader onderzoek te doen naar de blootstelling en het gezondheidsrisico voor omwonenden. Het kabinet heeft deze aanbeveling overgenomen. Het onderzoek wordt op zijn vroegst verwacht in 2015.
In de tussentijd kan er in de praktijk al veel gedaan worden om de risico’s voor omwonenden te beperken. Met het citeren van mijn artikel in Milieu & Recht (Intensief gewasbeschermingsmiddelengebruik bij open teelten. Zet de Wro in ter bescherming van omwonenden, geeft de GR ook als aanbeveling om in bestemmingsplannen spuitvrije zones en afstandseisen op te nemen. Ik raad gemeenten ten zeerste aan om dit te doen. Het is zowel in het belang van de omwonenden als voor de agrariër.
50 meter afstand is natte vingerwerk
In de praktijk en rechtspraak wordt uitgegaan van een afstand van 50 meter tussen een gevoelige functie en een agrarisch perceel met (fruit)bomenteelt. Deze vuistregel wordt bijna toegepast als een wettelijke regeling. De afstand van 50 meter is echter natte vingerwerk. De afstand hangt vooral af van het soort teelt, de giftigheid van de gewasbeschermingsmiddelen die gebruikt worden, de wijze van spuiten, de plaatselijke situatie, windhagen, het geldende bestemmingsplan, etc. Deze omstandigheden zijn overal verschillend. Om die reden is het bepalen van een geschikte en verantwoordelijke afstand en de onderbouwing ervan maatwerk. Zowel grotere als kleinere afstanden zijn mogelijk.
Waarom bufferzones in het bestemmingsplan?
Bij de voorbereiding van de meeste bestemmingsplannen voor het buitengebied wordt niet goed nagedacht over het al dan niet toestaan van specifiek fruit- of bollenteelt op agrarische percelen en het instellen van bufferzones, spuitzones of teeltvrije zones. Binnen de meeste agrarische bestemmingen zijn vrijwel alle vormen van agrarische open teelten zonder enige beperking mogelijk. Ik adviseer gemeenten om hierover na te denken bij een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied.
Voor zowel telers als omwonenden is het prettig dat ze naast elkaar kunnen leven zonder dat ze elkaar onnodig tot last zijn en elkaar in de haren vliegen. In onze praktijk hebben we regelmatig contact met zowel fruit- en boomtelers als met gemeenten en particulieren. Er is vaak sprake van wederzijds onbegrip. De teler wordt meestal een gebrekkige communicatie verweten en de gemeente wordt vaak tegengeworpen dat ze de woningen te dicht bij boomgaarden of andere open teelten situeren zonder enig onderzoek of maatregelen.
Afhankelijk van het soort teelt en of er sprake is van een (watertoevoerende) sloot, stelt het Activiteitenbesluit milieubeheer het hanteren van teeltvrije zones verplicht. Hoewel de doelstelling van het Activiteitenbesluit bij deze bepalingen meer ziet op de bescherming van het milieu (in dit geval het water) kan het juridisch vertalen van dergelijke bufferzones in bestemmingsplannen ertoe leiden dat er in de buurt van woningen bijv. geen (fruit)bomen meer worden gesitueerd en dat er dus in die zone ook geen chemische gewasbeschermingsmiddelen meer hoeven te worden gebruikt. Onderdeel van de afweging die bij het bestemmingsplan gemaakt dient te worden – een goede ruimtelijke ordening – is ook de volksgezondheid. Ik adviseer gemeenten om bij een nieuw bestemmingsplan voor het buitengebied dit onderdeel ook voortaan te onderzoeken en in gesprek te gaan met zowel de telers als met de omwonenden.
Meer weten over het instellen van spuitvrije zones en spuitzones in het bestemmingsplan?