Afstanden geurhinder en veehouderij: Gemeente let goed op bij afstemmen planregel in bestemmingsplan en afstanden uit Wet geurhinder en veehouderij voor voldoende afstand tussen woningen en veehouderij
De gemeente heeft in een bestemmingsplan een afwijkingsmogelijkheid opgenomen voor het bouwen van een nieuw agrarisch bedrijf. In de voorwaarden is onder meer opgenomen dat ‘de afstand van de rundveestallen tot solitaire woningen minimaal 50 m bedraagt, mits het emissiepunt op ten minste 100 m is gelegen’.
De raad geeft op de zitting aan dat aansluiting is gezocht bij de normen zoals die zijn opgenomen in de Wet geurhinder en veehouderij (Wgv).
Op grond van artikel 4, eerste lid, van de Regeling geurhinder en veehouderij wordt deze afstand gemeten vanaf de buitenzijde van het geurgevoelige object tot het dichtstbijzijnde emissiepunt.
De Afdeling overweegt: “Voor zover in (…) de planregels is opgenomen dat de afstand tussen het emissiepunt van de rundveestallen tot solitaire woningen 100 m dient te zijn, is dit derhalve niet in overeenstemming met de Wgv. (…) Het bestreden besluit is genomen in strijd met artikel 3:2 van de Awb.”
Zie uitspraak ABRS 15 mei 2013, no. 201208016/1/T1/R1