Noodzaak uitbreiding agrarisch bedrijf eisen steeds strenger
Het bestemmingsplan maakt de uitbreiding mogelijk van een bollenteeltbedrijf. Het huidige kavel is volgens de aanvrager vol en om die reden richt het verzoek zich op de overzijde van zijn bedrijf. Op deze grond geldt de bestemming ‘Agrarisch met waarden’. Er geldt geen bouwvlak om de gewenste bebouwing mogelijk te maken. Via een nieuw bestemmingsplan wordt bebouwing op die gronden mogelijk gemaakt van zo’n 2.400 m² met verharding voor parkeerruimte en ruimte voor vrachtwagens om te manouvreren.
Volgens appellant leidt het plan tot een aantasting van zijn woon- en leefklimaat en het vrije uitzicht. In dit geval gaan we in op de eerste beroepsgrond. Volgens appellant is er ten onrechte geen bedrijfsplan ingediend om de noodzaak aan te tonen van de uitbreiding van het bedrijf. Volgens hem moet de nut en noodzaak worden aangetoond. Volgens appellant is de initiatiefnemer geen volwaardige bollenteler. Volgens hem maakt hij gebruik van agrarische percelen van derden die op meer dan 10 km liggen van het bedrijf.
Volgens de raad is er geen aanleiding om de nut en noodzaak te onderbouwen omdat er niet wordt getwijfeld aan de noodzaak van uitbreiding. Volgens de raad blijft het plan bovendien onder de grens van 2 hectare bedrijfsoppervlak zoals genoemd in de gemeentelijke Omgevingsvisie.
De Afdeling overweegt “dat de raad bij de beoordeling van het plan niet is uitgegaan van de maximale mogelijkheden van het plan, dat in algemene zin een bouwblok mogelijk maakt voor verschillende categorieën agrarische bedrijven. In de plantoelichting en de daaraan ten grondslag liggende onderzoeken is uitsluitend ingegaan op de ruimtelijke gevolgen van uitbreiding van het bedrijf (…). Daarnaast heeft de raad de noodzaak van de met het voorliggende plan geboden bouwmogelijkheden onvoldoende gemotiveerd. Uit de plantoelichting blijkt niet concreet waarvoor de voorziene nieuwe opslagplaats nodig is. Lees verder in r.o. 6.2 van uitspraak ABRS 8 december 2021, no. 202006443/1/R1. (noodzaak uitbreiding agrarisch bedrijf)
Noot MH: Deze uitspraak laat zien hoe ver de motiveringsplicht kan gaan voor de gemeente om in afwijking van het geldende bestemmingplan een nieuw bouwblok mogelijk te maken voor een agrarisch bedrijf. Met name door strenge provinciale regels. Even uitzoomend heeft het onderliggende aspect vaak vooral te maken met bezwaren van nieuwe bewoners in het buitengebied die niet willen dat agrarische bedrijven uitbreiden omdat bijvoorbeeld hun uitzicht beperkt gaat worden. Zij maken gebruik van de strenge regels uit Provinciale verordeningen. De vraag is hoever we als maatschappij hier in meegaan. Zelf heb ik in de praktijk vaak meegemaakt dat de ruimte voor agrariërs in het buitengebied steeds meer in de verdrukking komt door burgers die in het buitengebied zijn gaan wonen. Volgens mij moet er ook ruimte zijn in het buitengebied – waar anders – voor de bedrijfsvoering van agrarische bedrijven. Dat wil niet zeggen dat dit onbeperkt is, maar de verhoudingen raken steeds meer uit evenwicht wat mij betreft. Oproep aan gemeenten: zorg ervoor dat er ook ruimte is voor de bedrijfsvoering van agrariërs en laat hier geen nieuwe woningen toe!