Omgevingsvergunning evenementen verlenen? Let op!

Omgevingsvergunning evenementen verlenen? Let op!omgevingsvergunning evenementen

Jaarlijkse evenementen in gemeenten leveren voor de gemeente vaak veel zienswijzen of bezwaarschriften op. De gemeente verleent meestal een vergunning op grond van de APV en een omgevingsvergunning. De laatste is meestal vanwege strijd met het geldende bestemmingsplan. Zelf ook vaak genoeg meegemaakt bij gemeenten dat de APV-vergunning al was verleend en dat de omgevingsvergunning moest worden geweigerd. Dat is zowel voor omwonenden als voor de aanvrager verwarrend. De meeste bezwaren van omwonenden hebben te maken met geluid. Geluid is een onderdeel van de afweging die in het kader van een goede ruimtelijke ordening moet worden meegewogen.

Bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het evenement is het belangrijk voorwaarden op te nemen over geluid. Deze uitspraak van de rechtbank Den Haag van 1 februari 2022 geeft dat mooi weer:

Voor evenementen met een luidruchtig karakter bestaan, (…) geen landelijke geldende geluidsnormen. Wat aanvaardbaar wordt geacht, is ter beoordeling van het lokale gezag, dat belast is met het verlenen van vergunningen en ontheffingen. (…) Bij de invulling van het geluidsniveau dat voor geluidruchtige evenementen aanvaardbaar wordt geacht, richten lokale bestuursorganen zich in de praktijk veelal naar de Nota (…). De rechtbank is van oordeel dat verweerder bij het bestreden besluit niet toereikend heeft gemotiveerd dat omwonenden geen onevenredige geluidshinder ondervinden van de te houden evenementen in de categorieën 1, 2 en 3 in totaliteit en in samenhang bezien. 

(…) Voorts is relevant dat voor het woon- en leefklimaat van omwonenden niet alleen de toegestane geluidniveaus van belang zijn, maar ook hoe vaak deze geluidniveaus zich mogen voordoen. De hinder neemt toe naarmate omwonenden langer worden blootgesteld aan geluid, en voor evenementen betekent dit dat zowel de duur als frequentie waarop deze plaatsvinden bij de beoordeling dienen te worden betrokken. Lees meer in r.o. 9.3. (omgevingsvergunning evenementen)

Geluid bedrijfsactiviteiten en woningen

Geluid bedrijfsactiviteiten en aanvaardbaar woon- en leefklimaat bij woningengeluid bedrijfsactiviteiten

In de huidige tijd van woningtekorten staat bedrijvigheid onder druk. Het credo is bouwen, bouwen en nog eens bouwen. De politiek gaat hier vaak mee aan de haal en bedrijven worden steeds meer naar de flanken van gemeenten gedrukt. In de praktijk heb ik meegemaakt hoe nadelig dit kan uitpakken voor bedrijven. Bedrijven zijn er in alle soorten en maten, maar met name grotere bedrijven hebben ruimte nodig voor vrachtwagens, laden- en lossen en ook activiteiten die piekgeluiden kunnen veroorzaken. Daar passen geen woningen bij. Ook op bedrijventerreinen zijn vaak nog steeds bedrijfswoningen aanwezig. Die werden vroeger vaak bewoond door de ondernemer zelf. De praktijk is dat deze vaak verkocht worden aan mensen die de aantrekkelijk geprijsde woning wel kunnen waarderen en op de koop toenemen dat ze op een bedrijventerrein wonen. Na verloop van tijd gaat de geluidbelasting vervelen en gaan ze klagen bij de gemeente. Ik ben er dan ook voorstander van om geen enkele bedrijfswoning op bedrijventerreinen (meer) toe te staan, ook geen bewoning door de ondernemer zelf.  Het voorkomt een een boel ellende.

Het is mode om gemengde gebieden te maken van voormalige bedrijventerreinen. Het ziet er vaak ook heel aantrekkelijk uit: in deze gebieden kan er gewoond worden en er is bedrijvigheid mogelijk. Vaak gaat het om hippe appartementengebouwen en wordt er een hoogstedelijk milieu gecreëerd. Als het gaat om milieucategorie 1 of 2 bedrijvigheid is het nog acceptabel. Vanaf milieucategorie 3.1 bedrijvigheid begint het al te schuren, want geluid gaat naar boven en bewoners van appartementen met open ramen gaan klagen over het laden en lossen van vrachtwagens voor horeca en winkels. Dit geldt eveneens voor de bevoorrading en laden en lossen bij mini-brouwerijen. Het begint vaak heel sympathiek en heeft een groot knuffelgehalte: er wordt een oud vervallen pand omgetoverd tot hippe brouwerij met horeca. Het plaatselijk gebrouwen bier vindt gretig aftrek in de buurt en het bedrijf wordt steeds groter. Daarna beginnen de klachten van de nieuwe bewoners. Het is helaas bijna overal de realiteit. Succesvolle bedrijvigheid vraagt nu eenmaal ruimte en gaat meestal gepaard met enige overlast. Ik vind dat ontwerpers hier te weinig bij stilstaan. In theorie en de juridische werkelijkheid wordt meestal voldaan aan de grenswaarden van geluid. De praktijk is echter weerbarstig. De bewoners zetten ramen open en willen op hun balkon zitten. Met geluid van de buitenruimte wordt meestal geen rekening gehouden. Bij de berekeningen voor geluid wordt vrijwel alleen rekening gehouden met het geluid op de gevel van de woning. Dit is de juridische realiteit, maar niet de weerbarstige praktijk die chaotisch is en waar van alles door elkaar loopt. Betrek dus ook geluid van de buitenruimte bij de berekeningen en het ontwerp. Die afweging kan gemaakt worden in het kader van een goede ruimtelijke ordening, en straks bij de toedeling van functies onder de Omgevingswet.

In deze uitspraak van de Afdeling van 8 december 2021 (geluid bedrijfsactiviteiten) komt ook deze problematiek in grote lijnen aan de orde in r.o. 4 en verder. Het gaat hier om een transformatie van een bedrijventerrein naar een gemengd gebied met woningen en ruimte voor werken, leren en recreatie. In deze uitspraak is in het akoestisch onderzoek onvoldoende rekening gehouden met manouvrerende vrachtwagens bij laad- en losactiviteiten bij bestaande bedrijvigheid.

Schakel De Omgevingsjurist in voor kansenkaarten voor transformatie! Op basis van de juridische én praktische realiteit geven we in 1 oogopslag weer welke mogelijkheden er zijn en waar u rekening mee moet houden. In woord en beeld. Bel 010 – 307 2273 voor meer informatie of vul onderstaand formulier in.

Neem contact op

  • Dit veld is voor validatie doeleinden en moet ongewijzigd blijven.

 

 

hoge geluidbelasting en omgevingsvergunning geweigerd

Hoge geluidbelasting en omgevingsvergunning geweigerd hoge geluidbelasting

‘Bouwen, bouwen en nog eens bouwen’ is het credo van veel gemeentebestuurders. Er moeten immers 1 miljoen woningen bijkomen. Vaak worden ten koste van alles vergunningen verleend. Ook voor woningen bij spoorwegen en bij andere locaties waar de geluidbelasting veel te hoog is. Door hogere waarden vast te stellen wordt er kunstmatig een hogere geluidbelasting toegestaan. Dit keer niet. Hulde voor de gemeente Nijmegen!

De gemeente heeft een nieuw bestemmingsplan vastgesteld. Ten opzichte van het eerder vastgestelde bestemmingsplan is de wijziging dat er binnen de bestemming Gemengd geen wonen meer is toegestaan. Een stichting was voornemens er 80 woningen te realiseren. Deze ziet zich nu geconfronteerd met een weigering omgevingsvergunning vanwege het gewijzigde bestemmingsplan.

Volgens de stichting heeft de raad onvoldoende gemotiveerd waarom er ter plaatse geen sprake is van een goed woon- en leefklimaat.

De Afdeling overweegt als volgt: “In de plantoelichting heeft de raad (…) toegelicht dat er vanwege de ligging van de planlocatie sprake is van wegverkeerslawaai en industrielawaai. Industrielawaai wordt veroorzaakt door het gezoneeerde industrieterrein (…) dat zich aan de overzijde van de planlocatie bevindt. De planlocatie ligt binnen de geluidzone van het gezoneerde industrieterrein. Als gevolg hiervan is de gevelbelasting van het pand dermate hoog dat de maximale grenswaarde voor industrielawaai op drie gevels wordt overschreden. Het vaststellen van hogere waarden is daardoor niet mogelijk, tenzij een overdrachtsmaatregel wordt getroffen waardoor de geluidbelasting aan de gevel dusdanig is dat wordt voldaan aan de voorkeurswaarden dan wel dat hogere waarden kunnen worden vastgesteld. Ook de voorkeurswaarde voor wegverkeerslawaai wordt ruim overschreden. Realisatie van een woonvorm is alleen mogelijk als hogere waarden worden vastgesteld of als er een overdrachts-onderbrekende voorziening wordt toegepast. Ter hoogte van de planlocatie is tevens sprake van cumulatie van genoemde zoneringsplichtige geluidbronnen wegverkeerslawaai en industrielawaai. Deze redenen zorgen ervoor dat wonen op de planlocatie in strijd is met een goede ruimtelijke ordening, aldus de raad.” Lees meer in r.o. 5 van uitspraak ABRS 11 augustus 202002555/1/R4. (hoge geluidbelasting)

Geluid studenten op dakterras heeft impact

Geluid studenten op dakterras in strijd met een goede ruimtelijke ordening

geluid studenten

Afhankelijk van de locatie van een dakterras bij een woning kan het zorgen voor geluidsoverlast bij omwonenden. In het centrum van een stad kun je zeggen dat de bewoners meer overlast moeten dulden dan in een rustige woonwijk. Het hangt dus erg van de omgeving af of het stemgeluid onevenredig is.

In dit geval gaat het om een dakterras bij een woning met kamerverhuur aan studenten. Het dakterras is 45 m2 groot. Volgens de Afdeling is een dakterras met een dergelijke omvang groot genoeg om meerdere personen toe te laten. Te meer omdat het verhuur aan studenten betreft. Volgens de Afdeling is een dergelijk gebruik intensiever dan bij gebruik van het terras bij een gezin (één huishouden). Verder speelt volgens de Afdeling mee dat het dakterras ook ’s avonds en ’s nachts toegankelijk is. Volgens de Afdeling zijn er ook geen voorschriften verbonden aan de verleende omgevingsvergunning over het gebruik van het terras. Lees meer in uitspraak ABRS 12 augustus 2020, no. 201905256/1/R2. [geluid studenten]

Noot MH: Bij de afweging of er al dan niet sprake is van een aanvaardbaar of goed woon- en leefklimaat speelt het onderdeel geluid een grote rol. Dakterrassen in steden leiden heel vaak tot klachten bij gemeenten en/of burenruzies. Met name een binnentuin kan als een klankkast gaan fungeren en een groot impact hebben op het woon- en leefklimaat van omwonenden, met irritatie tot gevolg. De overwegingen van de Afdeling over het verschil tussen de leefwijze van studenten en een gezin spelen een grote rol. Erg belangrijk om hier aan te denken in de besluitvorming.

Meer weten? Bel of mail.

Endotoxinen als weigeringsgrond omgevingsvergunning

Endotoxinen als weigeringsgrond omgevingsvergunning

Het komt niet vaak voor dat een gemeente een besluit weigert vanwege gezondheidsmotieven. In het kader van een goede ruimtelijke ordening is het aspect gezondheid een mee te wegen belang: “Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (…) is het effect dat nabij gelegen veehouderijen op de volksgezondheid kan hebben een mee te wegen belang bij de vaststelling van een bestemmingsplan. De raad dient in het kader van een goede ruimtelijke ordening te onderzoeken of een plan niet zulke risico’s voor de volksgezondheid meebrengt dat het woon- en leefklimaat niet onaanvaardbaar verslechtert.”

endotoxinen

In dit geval heeft de raad een zogeheten ‘veegplan’ voor het buitengebied vastgesteld. Appellant acht het onterecht dat de raad zijn eerder ingediende uitbreidingsplannen voor zijn pluimveehouderij niet heeft meegenomen in het bestemmingsplan. Ook de door hem verzochte vergroting van het bouwvlak is niet meegenomen. De gemeente heeft deze aanvragen om omgevingsvergunning eerder geweigerd.

Volgens de Afdeling is niet met een eenduidige wettelijke regeling bepaald op welke wijze bestuursorganen de mogelijke gevolgen van de emissie van endotoxinen bij veehouderijen in hun besluitvorming moeten betrekken. Het is aan het bestuursorgaan om bij het besluit over vergunningverlening te bepalen welke maatregelen (…) in het kader van de bescherming van het milieu nodig zijn, waarbij het bestuursorgaan beoordelingsruimte heeft. (…) Naar het oordeel van de Afdeling heeft de raad ter voorkoming van een situatie waarin risico’s voor de gezondheid van omwonenden onstaan, in dit geval in redelijkheid kunnen verwijzen naar het endotoxinekader. Lees meer in r.o. 5.3 van uitspraak ABRS 20 mei 2020, no. 201804487/1/R2.

Bel voor meer informatie 010 – 268 0689.

Impulstoeslag tennisbaan meenemen in akoestisch onderzoek

Impulstoeslag tennisbaan meenemen in akoestisch onderzoekimpulstoeslag tennisbaan

In een bestemmingsplan is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor het mogelijk maken van een tennisbaan. Het perceel van appellant grenst direct aan het wijzigingsgebied en zijn woning ligt op zo’n 4 meter afstand tot de grens van het aanduidingsvlak. Hij stelt dat het opnemen van deze wijzigingsbevoegdheid in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. De toepassing ervan zal leiden tot een aantasting van zijn woon- en leefklimaat vanwege lichthinder en geluidshinder.

Volgens hem is in het akoestisch onderzoek ten onrechte geen rekening gehouden met een straffactor van 5 dB(A) voor impulsgeluid veroorzaakt door het slaan tegen een tennisbal. Bij de berekening van de geluidimmissies is een correctie van 5 dB(A) buiten beschouwing gelaten. In het akoestisch onderzoek staat dat het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau en het maximale geluidniveau ter plaatse van de woning van appellant voldoet aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit milieubeheer. De grenswaarden die volgens het onderzoek moeten worden gehanteerd uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening voor het langtijdgemiddelde beoordelingsniveau en het maximale geluidniveau, worden ter plaatse van de woning echter overschreden. Daarbij is ook het stemgeluid van bezoekers in aanmerking genomen. In geval van een oprichting van een gesloten scherm ter afscherming van het geluid met een hoogte van 2,5 m (…) kan aan de grenswaarden uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening worden voldaan. Indien gerekend wordt met een impulscorrectie van 5 dB(A) (impulstoeslag tennisbaan), wordt bij de beoordeling in het kader van een goede ruimtelijke ordening ook na afscherming de grenswaarde van 50 dB(A) etmaalwaarde met 1-2 dB(A) overschreden bij de woning van appellant.

Maatregelen treffenNaar het oordeel van de Afdeling stelt appellant terecht dat uit de rapporten (…) kan worden afgeleid dat om een aanvaardbaar akoestisch (…) klimaat ter plaatse van het perceel van appellant te kunnen waarborgen maatregelen ter afscherming van het geluid zullen moeten worden getroffen. Lees meer in r.o. 4.4 van uitspraak ABRS 16 januari 2019, no. 201803367/1/R1. [impulstoeslag tennisbaan].

Laat een akoestisch onderzoek uitvoeren of checken. Lees meer…

Goed woon- en leefklimaat nabij gezondheidscentrum?

Goed woon- en leefklimaat nabij gezondheidscentrum?goed woon- en leefklimaat

De gemeente Heerlen heeft een omgevingsvergunning verleend voor de uitbreiding van een gezondheidscentrum. Hierin zijn onder meer een huisartsenpraktijk en een apotheek gevestigd.

Appellanten betogen dat vanwege het parkeerterrein er geen goed woon- en leefklimaat kan worden gegarandeerd bij hun woningen. Ze vrezen geluidsoverlast vanwege dichtslaande portieren, draaiende motoren en stemgeluid van bezoekers aan het gezondheidscentrum.

De Afdeling overweegt als volgt: “Niet in geschil is dat de inrichting die met de vergunning wordt uitgebreid een type A inrichting is als bedoeld in het Activiteitenbesluit milieubeheer. Dit betekent dat voor de inrichting, waartoe ook het parkeerterrein behoort, de geluidsgrenswaarden uit het Activiteitenbesluit gelden. Zoals de Afdeling eerder heeft overwogen (…) geldt ook bij toepassing van artikel 2.12, eerste lid, aanhef en onder a, onder 2º van de Wabo, dat slechts omgevingsvergunning kan worden verleend als het aangevraagde project niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Die strijd doet zich onder meer voor als een goed woon- en leefklimaat als gevolg van het project niet is gewaarborgd of als op voorhand reden bestaat om aan het nemen dat het project niet uitvoerbaar is. Of het gezondheidscentrum met de bijbehorende parkeerplaats kan voldoen aan de geluidgrenswaarden uit het Activiteitenbesluit is zowel van belang voor de vraag of het project uitvoerbaar is als voor de vraag of een goed woon- en leefklimaat is gewaarborgd. Bij die laatste vraag kan overigens niet worden volstaan met een toets aan de grenswaarden uit het Activiteitenbesluit. Ook geluid waarop die grenswaarden geen betrekking hebben, zoals het stemgeluid van bezoekers van het bij de inrichting behorende parkeerterrein, dient betrokken te worden bij de vraag of een goed woon- en leefklimaat is gewaarborgd. Voorafgaand aan het nemen van het besluit (…) diende dan ook voldoende inzicht te bestaan in het door het gezondheidscentrum veroorzaakte geluidsniveau. Zowel wat de geluidbronnen betreft waarop de geluidwaarden uit het Activiteitenbesluit betrekking hebben als andere geluidbronnen.”

Lees meer in r.o. 5.4 van uitspraak ABRS 18 juli 2018, no. 201701258/1/A1.

Vragen over geluid en een goed woon- en leefklimaat? Bel de specialist over dit onderwerp! Bel 010 – 268 0689 of mail uw vraag naar info@omgevingsjurist.nl.

Geluid bewoners woonzorgcomplex en omwonenden

Geluid bewoners woonzorgcomplex en omwonendengeluid bewoners woonzorgcomplex

  • geluid bewoners woonzorgcomplex
  • geluidwaarden rustige woonwijk
  • planologisch nieuwe situatie of bestaande situatie en toepassing VNG-brochure

Het bestemmingsplan en de omgevingsvergunning hebben betrekking op een deel van een woonzorgcomplex. Eén van de omwonenden vreest onaanvaardbare geluidhinder als gevolg van het plan. Zij wijst erop dat de bewoners van het zorgcomplex hard en ongecontroleerd kunnen schreeuwen en krijsen. De woning van appellant bevindt zich op een afstand van ongeveer 20 meter vanaf de in het plan voorziene dierenweide.

In het geluidrapport is de omgeving aangemerkt als omgevingstype rustige woonwijk. Daarvoor gelden toetswaarden voor het langtijdgemiddeld beoordelingsniveau (Lar,LT) van 45 dB(A), en voor het maximale geluidniveau (LAmax) van 65 dB(A) gedurende de dagperiode. In het geluidrapport is onderkend dat de bewoners van het woonzorgcomplex kunnen schreeuwen. Voor het schreeuwen is in het geluidrapport een bronvermogen Lwr gehanteerd van 80 dB(A) en een maximaa geluidsniveau LwA max van 95 dB(A). Deze waarde kan volgens het geluidrapport voorkomen op het gehele terrein van de kinderboerderij.

Planologisch nieuwe situatie? Volgens appellant mag de raad niet de VNG-brochure toepassen omdat deze slechts van toepassing is op planologisch nieuwe situaties en niet op een bestaande situatie waarbij sprake is van een herordening van activiteiten. Volgens de Afdeling gaat het om een planherziening, zodat de Afdeling geen aanleiding ziet voor het oordeel dat de raad voor de beoordeling van de geluidsituatie ter plaatse van de woning van appellant geen gebruik heeft mogen maken van de VNG-brochure. De Afdeling neemt daarbij in aanmerking dat de bedoelde brochure, als handreiking weliswaar bedoeld is voor nieuwe situaties, maar ook in bestaande situaties en daardoor tevens in geval van een ruimtelijke herontwikkeling, een indicatie kan geven van de aanvaardbaarheid van het plan uit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening.

Lees meer in uitspraak ABRS 18 april 2018, no. 201701010/1/R3.

 

Gemengd gebied of afstand tot woningen?

Gemengd gebied of afstand tot woningen?gemengd gebied

Functies in steden worden steeds meer vermengd met elkaar vanwege het streven naar verdichting, meer woningen en gemengde gebieden. Bijv. bij de transformatie van een bedrijventerrein tot een gemengde woonomgeving. Bij kleinschalige bedrijvigheid kan dit prachtige nieuwe woonomgevingen opleveren met karakter. Gemengd gebied is dan ook erg gewild.

Wonen, wonen en nog eens wonen

De praktijk is echter weerbarstig. Door de nadruk op nieuwe woningen te leggen worden vaak zittende bedrijven, zoals bedrijven met een hogere geluidbelasting dan wenselijk bij wonen, benadeeld in hun bedrijfsvoering. Zoals bijv. bedrijven die buiten slijpwerkzaamheden uitvoeren, ook al is het incidenteel. Of bij het laden en lossen. Nieuwe bewoners gaan er vaak over klagen bij de gemeente. Ook kan het woon- en leefklimaat van de bewoners behoorlijk in de knel komen door bedrijvigheid die eigenlijk niet past bij woningen. Een aspect dat naar mijn mening onvoldoende aandacht krijgt in de praktijk omdat nieuwe woningen nu eenmaal meer priorteit hebben bij bestuurders. Gemeenten moeten echter ook voor zittende bedrijven opkomen!

Geluid ook bij kruimelgevallen afwegen – Bij de vaststelling van bestemmingsplannen en omgevingsvergunningen die gemengde gebieden mogelijk maken, moeten de aspecten ‘een goed of aanvaardbaar woon- en leefklimaat’ en de ‘bedrijfsvoering van zittende bedrijven’ uitvoerig aandacht krijgen. Het onderdeel geluid moet ook afgewogen worden bij kruimelafwijkingen en kan niet door gemeentelijk kruimelgevallenbeleid opzij worden gezet, zie hiervoor de volgende uitspraak van ABRS 28 februari 2018

Omdat de nadruk vaak op het bouwen van woningen ligt, dreigen voorgaande aspecten in de verdrukking te komen. Ook voor de gezondheid van de toekomstige  bewoners, is het niet goed om te dicht bij bedrijven te wonen die geluid veroorzaken. De afweging die in het kader van een goede ruimtelijke ordening moet worden gemaakt, biedt daar juist mogelijkheden voor. Vaak kunnen hier aspecten aan de orde komen die bijv. niet afgedekt worden in formele wetgeving, zoals de Wet geluidhinder of het Activiteitenbesluit milieubeheer. De uitspraak van 21 maart 2018 van de Afdeling is hier een goed voorbeeld van.

Zoals ik al aangaf kunnen woningen in gemengde gebieden hele mooie woongebieden opgeleveren met karakter. Denk daarbij echter wel aan de belangen van de zittende bedrijven!

Woningen mogelijk maken op voormalige bedrijventerreinen?

Bel ons voor:

  • quick scans, onderbouwingen en adviezen inzake juridische en technische aspecten van geluid, zoals akoestisch onderzoek;
  • quicks scans, onderbouwingen en adviezen inzake milieuzonering (welke afstand tussen woningen en bedrijven is haalbaar?)
  • bestemmingsplannen voor gemengde gebieden

Bel 010 – 268 0689 voor meer informatie.

 

Geluid supermarkt en woon- en leefklimaat

Geluid supermarkt en woon- en leefklimaatgeluid supermarkt

Het onlangs vastgesteld bestemmingsplan en voorziet in een nieuwe locatie voor een dorpshuis met een bibliotheek, een sportaccomodatie, een dorpsplein en een uitbreiding van een supermarkt. Volgens appellant is onder meer geen rekening gehouden met geluidhinder vanwege winkelwagens en zware voertuigen (laden en lossen).

De raad stelt onder meer dat uit akoestisch onderzoek naar voren komt dat de geluidbelasting van de totale indirecte hinder ten hoogste 52 dB(A) bedraagt. Dat is ter plaatse van een woning. Weliswaar is dat meer dan de voorkeursgrenswaarde, maar die waarde is lager dan de maximaal vast te stellen grenswaarde. Gelet hierop acht de raad de akoestische situatie aanvaardbaar.

Voor de beoordeling van de geluidbelasting heeft de raad aansluiting gezocht bij de regeling in artikel 2.17 van het Activiteitenbesluit milieubeheer, de brochure Bedrijven en milieuzonering van de VNG en de Circulaire indirecte hinder.

De Afdeling overweegt het volgende [geluid supermarkt]: “In het akoestisch onderzoek is de geluidbelasting op de zuidwestelijke gevel van appellant aanvaardbaar geoordeeld. (…) Appellant heeft aannemelijk gemaakt dat zich ter plaatse van de zuidoostelijke gevel van zijn woning een zodanige geluidbelasting zal voordoen dat de raad gehouden was hier onderzoek naar te verrichten. De Afdeling stelt vast dat de raad dit heeft nagelaten. Het gaat in het bijzonder om de gevel die op dan wel nagenoeg op de perceelsgrens is gelegen. De aan die gevel aansluitende gronden zijn bestemd voor de ontsluiting van het achter het bouwvlak van de Lidl voorziene parkeerterrein, parkeren, alsmede laad- en losactiviteiten. Tevens moet worden geconstateerd niet is uitgesloten dat van die route gebruik wordt gemaakt door winkelend publiek met winkelwagentjes. Weliswaar is de ingang van de Lidl gedacht aan de achterzijde van het voorziene gebouw, maar het plan maakt ook een ingang aan de voorzijde mogelijk. Ook maakt het plan het mogelijk dat niet alleen inpandig, maar ook buiten wordt geladen en gelost. Nu de raad de geluidbelasting ter plaatse van de zuidoostelijke gevel van de woning van appellant onvoldoende inzichtelijk heeft gemaakt, is het plan in zoverre in strijd met artikel 3:2 van de Awb. 

Met het oog op nadere besluitvorming van de raad wijst de Afdeling erop dat bij ongewijzigde vaststelling van het plan rekening moet worden gehouden met de maximale planologische mogelijkheden. Dit houdt in dat er dan van moet worden uitgegaan dat de ingang van de Lidl ook aan de voorzijde kan komen en dat er buiten wordt geladen en gelost. De Afdeling tekent tevens nog aan dat voor zover piekgeluiden als gevolg van laad- en losactiviteiten bij toepassing van het Activiteitenbesluit milieubeheer buiten beschouwing blijven, daarover in het kader van een goede ruimtelijke ordening een standpunt dient te worden bepaald.” Lees meer in uitspraak ABRS 7 februari 2018, no. 201702345/1/R1. [geluid supermarkt]

Vragen over geluid en een aanvaardbaar woon- en leefklimaat? Oplossing nodig voor uw bouwplan? Bel 010 – 268 0689 of mail naar info@omgevingsjurist.nl.