Beroep gelijkheidsbeginsel bij handhaving slaagt
B&W van de gemeente Nederbetuwe (hierna: college) hebben appellant gelast de verkoopactiviteiten op het perceel te staken en gestaakt te houden onder oplegging van een dwangsom. Het perceel werd gebruikt voor de verkoop van fruit, zoals dat gebruikelijk is in de kersen- of appelteelt. Volgens het college is het gebruiken van het perceel voor de verkoop van fruit in strijd met het geldende bestemmingsplan. Volgens de Afdeling was het college in juridisch opzicht bevoegd om handhavend op te treden.
Bijzondere omstandigheden
De gemeente heeft het beleid Gedoogcriteria fruitstalletjes vastgesteld. Daarin is vermeld dat het college als beleid hanteert dat verkoop van eigen producten door agrarische bedrijven mogelijk is op het agrarisch bouwperceel. In de praktijk wordt echter ook sinds jaar en dag incidenteel fruit verkocht vanuit de boomgaard of het productiegebied zelf. Mits dit op een goede en ordentelijke manier plaatsvindt en indien aan een aantal voorwaarden wordt voldaan, zal het college deze verkoop volgens het beleid toestaan dan wel daartegen niet handhavend optreden. Als voorwaarde geldt onder meer dat alleen fruit mag worden verkocht dat op hetzelfde perceel wordt geproduceerd. De verkoop van fruit dat van elders wordt aangevoerd of andere aanverwante artikelen zoals sap en jam is niet toegestaan. Ook mag de verkoop van fruit alleen plaatsvinden tijdens het oogstseizoen van de betreffende teelt. Verder geldt dat de locatie van de verkoopactiviteiten niet verkeersonveilig mag zijn en dat parkeren moet plaatsvinden in de boomgaard en op eigen perceel.
Het college stelt zich op het standpunt dat appellant niet voldoet aan de gedoogcriteria fruitstalletjes. (…)
De Afdeling is van oordeel “dat de enkele omstandigheid dat het perceel van appellant de bestemming ‘Verkeer’ heeft en in een ander bestemmingsplan is gelegen dan de onder 4.3 genoemde gevallen, niet maakt dat het beroep op het gelijkheidsbeginsel niet kan slagen. Het beleid van het college is immers niet beperkt tot een bepaald bestemmingsplan, maar geldt voor de gehele gemeente. Aangezien op tenminste drie andere locaties in de gemeente verkoopactiviteiten plaatsvinden in strijd met het bestemmingsplan en in afwijking van het beleid van het college, is de Afdeling van oordeel dat het college zijn beslissing om in het geval van appellant tot handhaving over te gaan ten aanzien van de verkoopactiviteiten op het perceel niet goed heeft gemotiveerd. (…). Lees verder uitspraak ABRS 6 maart 2019, no. 20182171/1/A1. Beroep gelijkheidsbeginsel slaagt.