Houden van paarden bij woning is hobbymatig
Is het houden van paarden bij een woning nu bedrijfsmatig of hobbymatig? Vaak komen deze vragen aan de orde bij handhavingsverzoeken. Buren ervaren geur- of vliegenoverlast en bellen met de gemeente. In dit geval ging het ook om een verzoek om handhaving. Naar aanleiding daarvan heeft de gemeente ter legalisatie een omgevingsvergunning verleend voor een mestput.
Appellante ervaart overlast van de activiteiten met de paarden en heeft om handhaving verzocht bij de gemeente. Volgens haar had de gemeente de vergunning niet mogen verlenen. Op de locatie geldt gedeeltelijk een woonbestemming.
De Afdeling overweegt als volgt: “Zoals de Afdeling in haar uitspraak van 28 oktober 2020 (…) heeft overwogen, hangt het van de specifieke omstandigheden van het geval af of het houden van paarden in overeenstemming is met de woonbestemming. Daarbij is bepalend of de ruimtelijke uitstraling die dat gebruik gezien zijn aard, omvang en intensiteit heeft, van dien aard is dat deze planologisch gezien niet meer valt te rijmen met de woonfunctie van het betrokken perceel. Of de activiteit een inrichting in de zin van (…) de Wm is, is daarvoor niet bepalend. Het enkele feit dat de mestput een inrichting is, is dus geen reden om te oordelen dat er strijd met de woonbestemming is.
Weliswaar zijn er op het perceel diverse voorzieningen aanwezig voor het houden van paarden, maar dit betekent op zichzelf nog niet dat er sprake is van een op winst gerichte bedrijfsmatige exploitatie en bedrijfsmatige commerciële activiteiten. Het betekent ook niet dat er strijd is met de woonbestemming. Ook de advertentie van een weekendhulp duidt hier niet op, net als de omstandigheid dat een groot deel van het perceel wordt gebruikt voor het houden van paarden en de daarbij komende werkzaamheden. Op de zitting heeft vergunninghouder toegelicht dat zij op dit moment 2 paarden en een pony op het perceel heeft, maximaal 4 dieren tegelijk op het perceel heeft gehouden en nooit meer dan 2 paarden op het perceel heeft bereden. Ook heeft zij toegelicht dat er geen rijlessen op het perceel worden aangeboden, maar dat kennissen incidenteel gebruik maken van de rijbak.
Naar het oordeel van de Afdeling heeft appellante niet aannemelijk gemaakt dat vergunninghouder haar bedrijven vanaf het perceel exploiteert.” Lees meer in r.o. 4.1 van uitspraak ABRS 14 september 2022, no. 202004879/1/R2.