Begrenzing wijzigingsplan in horecavormen
Het is standaardjurisprudentie dat een wijzigingsbepaling in voldoende mate objectief begrensd moet zijn, zodat op voorhand duidelijk is onder welke omstandigheden er gebruik kan worden gemaakt van deze bepaling in het bestemmingsplan:
“Mede gelet op de rechtszekerheid van belanghebbenden dient in de wijzigingsbepaling in voldoende mate te worden bepaald in welke gevallen en onder welke voorwaarden hiervan gebruik mag worden gemaakt. Een op artikel 3.6, eerste lid, aanhef en onder a, berustende wijzigingsbevoegdheid dient derhalve in deze beide opzichten door voldoende objectieve normen te worden begrensd. De vraag of een wijzigingsbepaling door voldoende objectieve normen wordt begrensd, hangt af van de omstandigheden van het geval. Hierbij kan onder meer belang worden gehecht aan de aard van de wijziging, de omvang van het gebied waarop de wijzigingsbevoegdheid ziet en de aanleiding voor het opnemen van de wijzigingsbevoegdheid. Onder omstandigheden kan voldoende zijn dat duidelijk is welke bij het plan gelegde bestemming in welke andere bestemming kan worden gewijzigd”.
Begrenzing wijzigingsplan – In de casus van de uitspraak van ABRS 15 februari 2012, 201003911/1/R2 vond de Afdeling dat de wijzigingsbepaling in het bestemmingsplan niet door voldoende objectieve normen begrensd is, omdat de definitie van ‘andere vormen van horeca’ niet is uitgewerkt:
“Mede gelet op de plaatselijke situatie die zich met name kenmerkt door een woonomgeving is de bepaling niet door voldoende objectieve normen begrensd. Daarbij wordt van belang geacht dat in de planregels is opgenomen dat de bestemming ‘Horeca’ op onderdelen kan worden gewijzigd teneinde andere functies binnen de bestemming toe te staan. In artikel 1 van de planregels is horeca gedefinieerd als een bedrijf of instelling waar bedrijfsmatig dranken en/of etenswaren voor gebruik ter plaatse worden verstrekt en/of waarin bedrijfsmatig logies wordt verstrekt. Deze definitie maakt ook andere, zwaardere, vormen van horeca mogelijk dan het bestaande café. Niet is uitgewerkt wat onder andere functies moet worden verstaan. Naar het oordeel van de Afdeling had het op de weg van de raad gelegen om uit te werken om welke functies het gaat. Het beroep is gegrond”.